Voor de lammerij

De voorbereiding voor de lammerij begint ruim van te voren, een ooi is namelijk 145 dagen drachtig. Maar wat heb je nu precies nodig bij deze voorbereiding? In de meeste gevallen gaat de ram (het mannetje) tussen oktober tot en met december bij de ooien (vrouwtjes). Ooien hebben een bronstijd, wat inhoud dat gedurende deze periode ze 17-20 dagen bronstig/opgewonden zijn. Deze periode loopt meestal van Augustus tot en met December.

Je kunt de bronstigheid van een ooi herkennen aan bijvoorbeeld een van de volgende opvallende kenmerken: Veel blaten, kwispelen met de staart, onrustig, vaker urineren, de ram opzoeken en vervolgens hierbij stil bij blijven staan. Als je bijvoorbeeld de schapen in dezelfde tijd wilt laten aflammeren, kun je ze het beste in dezelfde periode drachtig laten worden.

Je kunt het beste hiervoor een zoekram inschakelen, dit is een gesteriliseerde ram die de bronstcyclus bij de ooien opwekt. Na 14 dagen vervang je de zoekram voor de dekram. De ooien krijgen hierna hun 2e cyclus, waardoor de dekram ze allemaal in een korte tijd drachtig kan maken.

Een ram is voor deze periode speciaal door de boer geselecteerd en zal bij de ooien in de weide worden geplaatst met een dektuig met daarin een dekblok. Als ze ergens pijn of ongemak van ervaren zullen ze minder bereid zijn om te willen paren. Je kunt om dit te voorkomen het beste de kudde ooien controleren op hun conditie. Je kunt dan het beste kijken naar de uier, het gebit en de hoeven. 

Door de geur die een ooi verspreidt, weet de ram dat ze dekrijp is. De ram zal aan de ooi gaan snuffelen,  hapt in haar vacht en ruikt aan haar urine. Snuift de ram de juiste geur op, dan fleemt hij vaak. Flemen houdt in dat de ram zijn bovenlip krult en zijn kop in de lucht steekt. Mocht de ooi klaar zijn om gedekt te worden dan gaat ze voor de ram staan en die dekt de ooi.

In de korte periode voor het aflammeren kunnen allerlei problemen ontstaan zoals bijvoorbeeld een prolaps, vroeggeboorte, vitamine gebrek etc.